Finding Nemo
Bunaken village beach resort, de ultieme plek om een soort van verplicht tot rust te komen. Hier moet je wel relaxen, want er is op duiken en snorkelen na niet zoveel te doen. Wel ja een boek lezen (Mama Tandoori en De Garnalenpelster) aan de rand van het zwembad, ook niet echt een straf hoor!
Na een helse rit van ruim 10 uur (die in 8 uur had gekund) zijn we aangekomen in Bunaken. De rit was zo vervelend, niet omdat de wegen slecht waren (die waren van uitzonderlijke kwaliteit en leenden zich uitstekend voor snelheden die niet zouden misstaan op de A2, mits de trajectcontrole niet aanstaat), maar omdat we officieel de aller slechtste chauffeur van heel Indonesië hadden.
De beste man reed een mooie huurauto met ruime stoelen en veel beenruimte. Deze beenruimte werd nog eens extra vergroot omdat meneer graag met zijn neus tegen de voorruit zat. Waarschijnlijk dacht hij dan meer overzicht te hebben over de grote brede, meestal lege, alsfalt wegen. Met het stuur netjes, welliswaar ietswat verkramt, op tien over twee en het hoofd letterlijk ónder het zonneklepje konden we vertrekken. In de vroege morgen (6:00 uur) stapten we in de auto. De rit zou 8 tot 10 uur duren, afhankelijk van de lunchtijd en de hoeveelheid stops die we maakten om foto’s te maken. Want zo vertelde onze gids, de echte vakantiefotografen die om de haverklap een foto willen maken doen er 10 uur over én dan hebben zo ook nog geluncht. Wij besloten al snel dat we geen foto’s zouden maken onderweg, we wilden zo snel mogelijk in Manado zijn omdat we niet precies wisten hoe laat de boot naar Bunaken zou vertrekken.
Al voordat we de stad Gorontalo uitwaren keek de chauffeur nogal verward om zich heen, hij reed de ene na de andere straat in en in de achteruitkijkspiegel zag ik grote vraagtekens in zijn ogen. Na een paar dwaalroutes door de stad besloot hij toch de weg maar eens te vragen. Gelukkig zijn daar de altijd vriendelijke en behulpzame landgenoten die ons de weg wijzen. We zijn na een uur rijden eindelijk de stad uit en komen op verdacht goede wegen terecht. Onze chauffeur ziet dit echter niet en rijd een angstvallige 40 kilometer per uur. Links en rechts worden we door auto’s, vrachtwagens, bussen en scooters ingehaald, maar bij onze chauffeur (nu al onze beste vriend) gaat geen lampje branden dat je hier wellicht iets harder kunt. Als de weg veranderd in een tweebaans weg met nog altijd goed asfalt wordt de eerste record snelheid geboekt, we gaan 50! Na ongeveer twee uur rijden en een aantal keer de vraag ‘Jalan ini di Manado?’ (Is dit de weg naar Manado?) gebeurde wat onvermijdelijk was. Het antwoord was nee. We zaten verkeerd! Onze chauffeur had echt geen idee waar hij ons heen moest brengen... We keerden om, ik nu met lood in mijn schoenen en een humeur waar niemand een plezier mee gedaan wordt. Dan maar proberen te slapen.
Olav en raken best wel in de rats. Hoe laat de boot gaat wisten we dus niet, maar we wisten wel dat deze in de late namiddag en avond niet meer zou gaan. Als we tien uur over de rit zouden doen, moesten we vier uur in de middag halen. Maar met deze snelheden ging dat zeker nooit lukken. Zou de beste man wel weten dat we een boot moesten halen?
Na een aantal lange en langzame kilometers op de goede weg kwam onvermijdelijk de bergkam waar we overheen moesten. Het ging zoals we al voorspeld hadden: Meneer durfde vrachtwagens niet voorbij en bleef daar (met zijn hoofd nog altijd onder de zonneklep en driftig in zijn stuur knijpend) achter hangen / bumperkleven. Ondertussen werden we door auto’s, scooters en zelfs een andere vrachtwagen ingehaald die stuk voor stuk ook de vrachtwagen voor ons inhaalden. Dit goede voorbeeld deed helaas niet volgen. Pas op hele lange, brede en lege stukken durfde hij erlangs.
Ondertussen zagen Olav en ik de tijd voorbij strijken en de afstand tot Manado, zo zagen wij op de borden was nog ver. Met een gemiddelde snelheid van 50 kilometer per uur zouden we pas in de avond aankomen, slecht nieuws dus. We besloten niet te lunchen, maar door te rijden. We dronken zo min mogelijk, want plassen kost tijd.
Op een gegeven moment gaat de telefoon van de chauffeur. Wij luisteren aandachtig mee en proberen wat woorden op te vangen. Olav hoort ‘jam empat’ (vier uur). Wat werd hier mee bedoeld? Zou de rit nog zo lang duren, zou om deze tijd de boot vertrekken? We hadden geen idee. Wel zagen we dat de chauffeur op uitgelezen inhaal momenten met openmond naar rotsen, grasvlakten of uitzichten op de oceaan keek. (Komt hij hier ook voor het eerst en heeft hij ook nog nooit zoveel palmbomen bij elkaar gezien?) Hij had het inzicht van een natte krant en géén talent voor inhalen. Olav en ik waren allbei stellig van mening dat we het stuur beter over hadden kunnen nemen, want dan waren we er al lang geweest!
Terwijl ik even onderuitgezakt lag om een dutje te doen, zag Olav dat meneertje-ik-haal-niet-in een paar sloken uit een klein bruin flesje nam. Wat dit is geweest weten we nog steeds niet, maar na deze slokken drufde hij ineens alles. We hebben 130 gereden (niet op een tweebaans weg, maar in de bergen), hebben vrachtauto’s en bussen ingehaald, er werd zelfs getoeterd! Of we blij waren met deze omslag was moeilijk te beslissen, we zaten in elk geval op een andere manier onrustig in de auto.
De telefoon ging met regelmaat over en in het laatste belletje hooren we ‘belum’ (nog niet) als eerste antwoord van onze chauffer. Er werd dus op ons gewacht en de beller aan de andere kant van de lijn was waarschijnlijk ongeduldig.
Na ruim tien uur, met twee stops om te plassen en te tanken (geen eten, geen benen strekken, géén foto’s) zijn we veilig in Manado aagekomen.
We hebben twee dagen volledige ontspanning achter de rug. Olav heeft voor het eerst in zijn leven gesnorkeld en gedoken en dat op één van de mooiste duikspots ter wereld. Niet slecht voor een eerste keer! Ik voelde me net Ariël. “Al die sardientjes zijn toch je vriendjes? Jippie ja jee!” In totaal hebben we 6 zeeschildpadden gezien, Nemo is gespot in zijn Anemoon en ontelbaar veel vissen in de gekste vormen en kleuren hebben voor onze duikbrillen langs gezwomen. Misschien toch maar een PADI-cursus doen zodat we volgend jaar weer kunnen?
Morgen gaan we eind van de ochten richting Manado waar we twee nachten zullen verblijven. Ons verblijf in Tomohon is geannuleerd. Deze voor omstanders hier gekke keus (want Tomohon is prachtig en in Manado is écht niets te doen) is voor ons heel logisch. Lukmansyah, de nieuw gevonden neef van Olav studeert in Manado en wil ons graag ontmoeten. Deze kans kunnen we, nu we om de hoek zitten, niet aan ons voorbij laten gaan. Gelukkig is onze reisagent zo behulpzaam en flexibel als wat en is alles zonder problemen en met veel begrip omgezet naar Manado. Ik ben benieuwd wat deze ontmoeting met de familie Agaatsz nu weer gaat brengen. Eén ding weet ik wel, het wordt waarschijnlijk weer een dag vol verrassingen en verbazing.
Reacties
Reacties
Wat een verhaal en wat een reis? Heeft er soms een pepmiddel in dat drankje gezeten. Nou gelukkig zijn jullie er gekomen. Leuk dat jullie Olav zijn neef gaan ontmoeten. Bijzonder, ik ben benieuwd naar de verhalen. Geniet van de lekkere rust op dit moment.
Wat een reis! Kan me indenken dat je op een gegeven momen dat stuur wel uit die man zijn handen kan rukken.
Uiteindelijk zijn jullie er gekomen, maar wat een avonturen beleven jullie. Deze reis is alweer een geweldige investering voor de toekomst. De herinnering en zijn nooit meer af te pakken. Nog een geweldige reis verder.
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}