Je moet blij zijn dat je hier mag zijn!
Om te beginnen melden wij trots dat zowel Martijn als Olav hun PADI Open Water certificaat hebben gehaald! Na 6 duiken waarbij ze de meest geweldige vissen en andere waterdieren hebben gezien, en het bijbehorende boek door hebben geworsteld, kregen ze na hun “Final Exam” van June (de Dive-master) te horen dat ze het allebei prima hadden gedaan. Zeer tevreden verlieten we dan ook Bunaken omdat het doel gehaald was. PADI halen en ontspannen.
De dagen erna hebben we twee excursies gedaan. De eerste was naar een aantal vulkanen (Noord-Sulawesi staat bekend om de actieve vulkaan die er nog staat) en de tweede was een jungletocht waarbij we apen gingen spotten waaronder het kleinste aapje ter wereld: De Tarsius-aap. Martijn en Loïs kozen ervoor om in het hotel te blijven wat natuurlijk prima was. Olav, Hilleke en Henny togen dus met de chauffeur en een nieuwe gids genaamd Yotje.
Onze gids was een wat oudere man die al een jaar of 30 gids was. De eigenschap van deze gids was de volgende: Ik vertel niet precies wat we gaan doen zodat de verrassing des te groter is. Wij merkten echter dat we het niet zo prettig vonden om op een plek te stoppen en niet te weten wat we daar precies gingen doen. Soms wisten we niet eens of we wel uit moesten stappen. Als we dan uit moesten stappen, wat de gids alleen maar aangaf door het opendoen van de deur van de auto, wees hij vaak een kant op en zei: We gaan die kant op. Toch hebben we op deze excursie erg veel gezien van de omgeving van Tomohon en Tondano en daarbij een aantal vulkanen. We kwamen op een gegeven moment bij een meer dat zich gevormd had in een krater van een oude vulkaan. Rondom dat meer was er wel begroeiing, maar op plekken waar dat niet het geval was kwam er rook (!) uit de grond dat naar zwavel stonk. Volgens onze gids was het hele meer erg giftig door de zwavel en zuren van de vulkaan en was er geen leven mogelijk. Wat wij dan weer interessant vonden was dat op dit meer waterfietstochtjes werden georganiseerd en dat er, terwijl wij er waren, mensen daadwerkelijk in een waterfiets stapten. Wij vroegen aan de gids of het echt wel zo was dat het meer giftig was en hij verzekerde ons dat de mensen die gingen waterfietsen niet helemaal goed bij hun hoofd waren omdat in het water vallen schadelijk zou kunnen zijn voor de gezondheid. Een prettig vooruitzicht als je het ons vraagt. Olav klaagde tijdens de wandeling rondom het kratermeer over de route en de gids. Hierop zei zijn moeder de wijze woorden: “Olav, je moet blij zijn dat je hier mag zijn en je moet blij zijn dat je hier mag eten.”
Ook zijn we naar de markt in Tomohon geweest waar we rat op een stokje, gekookte vleermuis en gebakken hond hebben zien liggen. Alleen de slangen werden ons bespaard maar dat was dan ook alles. Hilleke heeft van alles natuurlijk hele fijne foto’s gemaakt (aangezien markten fotograferen haar “ding” is) zodat we die mooi op het blog kunnen zetten. Het enige jammerlijke is dat er nog geen geur-blogs bestaan zodat we de heerlijke geur die met de gekookte vleermuis meekwam niet met jullie kunnen delen. Het best is om het aan Henny te vragen aangezien die er wel bij was en het ook in geuren en kleuren kan vertellen.
Het meest enerverende aan de excursie was de klapband linksachter. Wat vooral interessant was waren de twee gevarendriehoeken die de chauffeur en onze gids voor en achter de auto plaatsten. De gevarendriehoek achter werd ondersteund door een tak terwijl de gevarendriehoek voor niet goed in elkaar gezet kon worden en er uit nood een plantje op de weg werd geplaatst. Ondertussen ging onze chauffeur langs de kant van de weg auto’s aanhouden om te vragen of die mensen een krik hadden. Wij zagen onszelf al tot midden in de nacht langs de kant van de weg staan omdat onze chauffeur z’n spullen niet op orde had. Gelukkig stopte er een vriendelijke chauffeur en toen bleek dat onze chauffeur wel degelijk een krik had maar hij wachtte tot er iemand stopte met een tweede(!) krik. Wij keken vol verbazing en wisten niet goed wat we hier van moesten denken. Het was een flinke tussenstop die we hadden gemaakt en de schemer viel. Wij waren in de veronderstelling dat door dit tijdsverlies er geen tijd meer was om het programma af te maken (het was ondertussen al half 5 en schemer viel) en we keken dus al uit naar de rit naar huis. Wij hebben echter de eerste Indonesiër gevonden die zich aan schema’s houdt want de twee dingen die onze gids nog voor ons in petto had wilde hij persé doen! Laat op de avond kwamen we vermoeid weer terug in het hotel.
De tweede excursie (met dezelfde gids) verliep anders omdat Ernst zich weer bij ons had gevoegd en hij besloten had om mee te gaan. Het hotel in Gorontalo is van Alex Veldberg en die kende Yotje ook. Ernst kon dus lekker kletsen met onze gids en hij vertelde zowaar van alles. We verplaatsten ons naar Tangkoko, een reservaat waar ze de jungle lekker z’n gang laten gaan, en gingen daar de jungle in om twee soorten apen te spotten. Omdat Martijn en Loïs niet mee waren konden we (hoewel je normaal voor een camera moet betalen) het geld voor het extra betaalde kaartje inwisselen voor een camera. Lang leve de flexibiliteit van de Indonesiër! De Zwarte Makaak en de Tarsius-aap. De Zwarte Makaak ging vrij makkelijk maar de Tarsius-aap is het kleinste aapje ter wereld en komt pas bij schemer tevoorschijn. Dit maakte het redelijk lastig om er eentje te spotten. Uiteindelijk met behulp van een ranger vonden we er eentje die in een boom zat verstopt. Vervelend was wel dat sommige rangers de aap met een stok uit de boom probeerde te duwen zodat er voor de toeristen een betere foto mogelijk was. Dit vonden wij zo zielig dat we ervoor gekozen hebben om na het prikken met de stok geen foto meer te nemen en tegen de ranger en de gids te zeggen: Het is goed zo. Laten we maar gaan.
Gelukkig gingen wel snel weg, ook omdat de avond al begon te vallen en we dan echt niet meer in de jungle wilden zijn. Ernst had op ons gewacht (de jungle in is voor hem niet meer te doen) op een strandje. Hij was lekker de zee in geweest en had wat met de lokale bevolking zitten kletsen. Klein detail is dat Ernst totaal doorweekt was toen we in het busje wilde stappen. Bleek dat hij even door de zee had willen lopen, maar bij het uittrekken van zijn kousen was gevallen in de golven. Een beetje lacherig vertelde dat er één sok met de golven mee was genomen en daarom dus de andere ook maar had achtergelaten.
De volgende dag vlogen we naar Yogyakarta. Van onze ontspannen houding die we vanuit Bunaken hadden meegenomen was niet meer over aangezien Lion-Air onze zenuwen tot het uiterste heeft weten te testen. De vlucht vanuit Manado naar Yogyakarta is geen directe maar vraagt om een overstap of transit op Makassar. De vlucht komt aan om 13:20u en de volgende vlucht vertrekt om 14:00u. Omdat Ernst in een rolstoel zit werd ons gevraagd om het vliegtuig in Makassar als laatste te verlaten. Ik vertelde de stewardess dat we een transit hadden naar de vlucht naar Yogyakarta. Volgens haar was dit geen probleem maar wie wel eens gevlogen heeft weet dat het sowieso een kwartier duurt alvorens een vliegtuig compleet leeg is. Om 13:35u stonden wij met rolstoel voor het vliegtuig toen er een jongeman het bagagelabel van de stoel van Ernst trok en vroeg om het tweede label. Deze zat in de tas van Hilleke en na even gegraven te hebben hadden we deze gevonden. De jongeman pakte dit tweede label aan en vertrok zonder iets te zeggen. Wij waren in de veronderstelling dat we dit tweede label nodig hadden voor de tweede vlucht dus wij vroegen ons af wanneer we dit label terug zouden krijgen. Toen de man echter wegliep met ons tweede label kwam er een bus aan en er verscheen een nieuw mannetje die ons naar de bus loodste. Het was ondertussen 13:45u en wij dachten: Label of niet, wij moeten een vlucht halen! Om 13:55 waren we bij de Transitbalie voor ons stempel op de boardingpas dat we “In-Transit” waren en we haastten ons naar de gate. Toen we om 13:58u bij de gate aankwamen bleek dat er nog helemaal niet geboard werd. Wij in de stress om niets! Toen er om 14:08u eindelijk geboard werd vertelde men ons dat we met de roltrap naar beneden moesten. Ehm….rolstoel? De dame die ons wilde assisteren met de rolstoel had maar één zinnetje: “Stand by”. Terwijl steeds meer mensen naar de gate liepen en het boarden voor ons gevoel al bijna afgelopen moest zijn, stonden wij nog met zes personen boven aan een roltrap. Elke keer als wij zeiden: “Weet je wat, we gaan zelf wel van die roltrap af en de persoon in onze rolstoel kan wel even dat stukje staan” kwam het bekenden zinnetje….Stand-by. Rond 14:20u kwam er een persoon die Ernst van ons overnam. Wij moesten toen alsnog de roltrap af maar Ernst werd ergens anders naartoe genomen. Wij zijn toen maar gaan boarden en hebben geduldig afgewacht tot Ernst zich in het vliegtuig weer bij ons had gevoegd. Om 14:30u vertrok het vliegtuig eindelijk, ons met een hartslag van 200 bpm aan boord.
In Yogyakarta werden we opgewacht door Ronnie en Forti en werden we meegenomen naar hun huis. Wat een mooi optrekje en we zijn erg dankbaar dat we hier mogen zijn. Beide avonden dat we hier nu zijn hebben ze ons meegenomen de stad in en hebben we het nachtleven van Yogyakarta mogen beleven. Vooral de verschillende bandjes op straat waren ontzettend leuk en verschillende mensen begonnen met dansen. De sfeer is hier fantastisch en Loïs heeft vandaag op de markt een Kebaya gekocht. Zij zou hier graag nog een paar weken blijven om het shoppen tot nieuwe hoogten te tillen.
Ook hebben wij een bezoek gebracht aan de Borobudur. Deze grootste Boeddhistische tempel heeft op ons grote indruk achter gelaten en we hebben hier practige foto\'s gemaakt. Een van de leukste foto\'s vinden wij de foto\'s die gemaakt zijn wanneer Olav als Buddha naast een beeld zit.
Wij komen hier compleet tot rust. Morgen vliegen we naar Bali maar we zijn erg blij dat we hier zo hartelijk zijn ontvangen. Dit is zeker voor herhaling vatbaar!
Reacties
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}